De boerderijen in de Breesaap
(2007) Hiermee vervolgen we het verhaal over de Adrichemmer en Breesaaper Tienden, waarvan de geschiedenis terug gaat tot de eerste schriftelijke gegevens over Velsen in de achtste eeuw. Het gebied waar deze tienden geheven werden heeft door de eeuwen heen meerdere landschappelijke veranderingen ondergaan, veroorzaakt door de natuur en door de mens. Vanaf de 17e eeuw tot in de 19e eeuw lag hier een zeer fraai afwisselend landschap met zomerverblijven en boerderijen. Van dit alles is nauwelijks iets overgebleven.
In dit artikel ga ik in op de geschiedenis van de boerderijen in de Breesaap dat, zoals in het vorige artikel vermeld, een onderdeel is geweest van Adrichem. Op de geschiedenis van boerderijen in het overige gebied van het voormalige Adrichem hoop ik later terug te komen in één of meerdere artikelen.
Van de late Middeleeuwen tot de 17e eeuw
Toen in de 15e eeuw de Breesaap ontgonnen werd konden we bij de boeren in de Breesaap twee categorieën onderscheiden, namelijk huislieden en welgeborenen. De burgers waren verplicht om botting en schot te betalen. De botting was een minder bekende soort belasting die in die tijd niet overal in Holland werd geheven. Het schot was een belasting die werd geheven door de grafelijkheid.
De welgeborenen waren net als de edelen en de leenmannen vrijgesteld van het betalen van schot. Zij namen dus een bevoorrechte positie in ten aanzien van de huislieden. Er waren in die tijd nog andere belastingen of heffingen maar het zou in het kader van deze publicatie te ver voeren om hier op in te gaan. Zij die hier meer over willen weten verwijs ik naar de publicaties van Ronald de Graaf “Oorlog om Holland 1000-1375” en van A.J. Allan “Het Kennemer landrecht van 1274 tot het begin van de Republiek”.
Bert Koene komt in zijn onderzoek naar de welgeborenen tot de conclusie dat de mogelijkheid bestaat dat welgeborenen in het vroege graafschap Holland een stand van eenvoudige, boers levende edelen vormden en dat zij afstammen van een bevolkingsgroep die in de Frankische tijd op domeingoederen gevestigd was. Het oude Adrichem is een deel geweest van een Frankisch domeingoed dat in Kennemerland lag. In het gebied van Adrichem woonden in de 15e eeuw welgeboren lieden, waaronder het geslacht Roos. Of er toen welgeborenen wonen in de Breesaap is nog niet aan te tonen. De kans hierop moet klein geacht worden gezien het geringe bewonersaantal. We mogen ervan uitgaan dat in de Breesaap voornamelijk huislieden het boerenbedrijf uitoefenden.
Lees verder:
boerderijen-breesaap-Jan Morren (2007)
Goedenmiddag!
Graag stel ik de volgende vraag aan de Heer J. Morren:
Op pagina 14 is vermeld: “Aan Elisabeth Thielen, de weduwe van Dirk Wouters Duijn (haar familie is sinds 1712 eigenaar
van de boerderij De Nieuwe Landbouw), het bijbehorende land voor 120 gulden.”
Aangezien ik een nazaat ben van het echtpaar Duijn-Thielen interessert mij een antwword op de volgende vraag: “Was de familie Thielen eiganaar van de Nieuwe Landbouw of is hier bedoeld dat de voorouders van Wouter Duijn (net name Engel Duijn) in het bezit van de Nieuwe Landbouw is gekomen?
Toelichting: Elisabeth is geboren in Leende (NB). Is zij naar de Breesaap gekomen om op de boerderij van de Thielns te wonen en heeft zij op die manier Wouter ontmoet óf ware de Duijn’s eigenaar en heeft Wouter haar op de een of andere manier óf in Brabant ontmoet ´f is Elisabeth op de een of ander manier in Velsen terechtgekomen?
Ik ben benieuwd naar het antwoord op de bezitsverhoudingen van de Nieuwe Landbouw.
met vriendelijke groet en in spannende verwachting,
Marcel tromp
ik heb nog een aantal foto’s van het huis waar mijn vader is geboren in Breesaap.Mijn opa werkte daar aan de sluizen. Het moet zo rong 1920 zijn.