Atlantikwall: (kandidaat)monumenten, vliegvelden, herdenkingsplekken
De Atlantikwall was een verdedigingslandschap, maar nu is het erfgoed dat een groot aantal geïnteresseerden en liefhebbers trekt.
Centraal in dit stuk staan de kaarten. De tekst is een toelichting. De kaarten geven niet een volledig beeld van de Atlantikwall in Nederland, maar een selectie:
- gebouwen en structuren uit de Atlantikwall die zijn aangewezen als rijksmonument
- onderdelen van de Atlantikwall uit het selectievoorstel voor rijks- of provinciaal monument van de Stichting Bunkerbehoud
- belangrijke vliegvelden, herdenkingsplekken en een enkel koude-oorlog-bouwwerk.
[Noot van de redactie: dit is een aanhangsel bij erfgoed-essay 3 over de Atlantikwall. Deze serie is tot stand gekomen met steun van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. De kaarten komen oorspronkelijk uit het Masterplan Kust en Erfgoed en zijn gemaakt door Strootman Landschapsarchitecten Ze zijn voor duinenenmensen.nl bewerkt door Marijke Beek, Nico van der Wel en Machiel van Wijngaarden. Voornaamste bron van informatie: www.atlantikwallplatform.eu]
Delfzijl tot en met Bergen (Noord-Holland)
Delfzijl hoorde bij het Duitse deel van de Atlantikwall, ter verdediging van de Duitse bocht. De aanleg ervan viel onder een ander bouwprogramma dan in de rest van Nederland. In Duitsland zelf is hiervan niets bewaard gebleven, waardoor de restanten in Delfzijl internationaal van belang zijn. De bunkers zijn opvallend strak en rechthoekig van vorm.

Schiermonnikoog en Delfzijl (klik om te vergroten). Bron: Strootman Landschapsarchitecten / Natuurmedia.
Vanaf de Waddeneilanden werd luchtverdediging gevoerd tegen geallieerde aanvallen richting Duitsland. Het vliegveld Texel, de Nachtjachtcommandopost Tiger op Terschelling en de luchtmachtradarpost Schlei op Schiermonnikoog speelden daarin een hoofdrol. De onderbouw van de laatste staat er nog, net als vlak daarbij de resten van een bunkerdorp voor 200 soldaten in de duinen.
Den Helder was een van de vier Duitse Festungen in Nederland, en daarmee een zwaartepunt binnen de Atlantikwall. Hier werd de Marinehaven verdedigd, waarvoor de al bestaande – door Napoleon aangelegde – forten van de Stelling van Den Helder rond de stad werden verbeterd. Nieuwe bunkers werden erin geïntegreerd en langs de westkust werd een batterij gebouwd.
Bij Bergen aan Zee werden bunkercomplexen aangelegd rond het kustvliegveld Fliegerhorst en ook ten noordwesten ervan. Enkele kilometers daarvandaan, bij Schoorldam, ligt een verbindingsbunker die een belangrijke rol speelde in het telefoonnetwerk. Dit is een bomvrije telefoonschakelpost die is gecamoufleerd met een bakstenen omkleding. Via dit soort schakelposten konden de commandanten in het binnenland hun bevelen doorgeven naar de kust en observaties ontvangen.
Festung IJmuiden en Zandvoort
De zeer zwaar bewapende, strategisch gelegen, Festung IJmuiden bewaakte de toegang tot de zeesluizen, en de haven en industrie van IJmuiden zelf en van Amsterdam. De Duitsers maakten het Forteiland (van de Stelling van Amsterdam) tot reduit, een laatste toevluchtoord. Deze vesting vormt samen met de complexen Heerenduin en Olmen aan de zuidzijde ervan de meest intact gebleven vesting in West-Europa. Van het Landfront zijn tankmuren en tankgrachten nog aanwezig, verborgen in een natuurgebied, Het hoofdkwartier van de Vesting lag meer in het binnenland, op het Landgoed Schonenberg bij Velsen.
Zandvoort was een kleiner steunpunt, waarvan vrijwel het gehele complex onder het zand nog aanwezig is. Ook zijn aanzienlijke delen van het Landfront intact, waaronder een combinatie van tankgracht, tankmuur en drakentandversperringen in het duingebied. Ook ligt hier een van de laatste betonnen doorgangsposten, een afsluitbare wegversperring, zoals die er ooit veel zijn geweest.
Den Haag
Tussen Scheveningen en Katwijk liggen werken behorend bij de Stützpunktgruppen Scheveningen en Katwijk. Dit gebied geeft het meest complete en ongeschonden beeld van de Atlantikwall in ons land. Bij Katwijk werd aan de duinvoet bij vliegkamp Valkenburg een complex gebouwd van 26 woongebouwen, werkplaatsen, hospitaal, keuken, badgebouw etc. De barakken zijn gecamoufleerd als eenvoudige boerderijen. Van het Katwijkse Landfront zijn veel, heel diverse, onderdelen over, waaronder een tankgracht, kunstmatige duinen, een tankmuur en drakentandversperringen in het duinlandschap. Hier is de linie nog goed beleefbaar. Bij Wassenaar lagen de hoofdkwartieren De Klip (regiment infanterie, De Klip is een zandafgraving) en Rijksdorp (regiment artillerie, Rijksdorp was een ontruimde villawijk).
Het zwaartepunt van het Nederlandse deel van de Atlantikwall lag in Den Haag. Scheveningen werd voorzien van werken ter bescherming van civiele en militaire overheden in Den Haag. Daarnaast had Rijkscommissaris Seyss-Inquart zich op de – daartoe geconfisqueerde – buitenplaats Clingendael in het oosten van Den Haag gevestigd. Het huis diende als representatieve residentie, maar ook als woonhuis voor zijn gezin. Dit deel van de stad werd daarom binnen de Atlantikwall getrokken met enorme gevolgen. Ook de – op enkele kilometers afstand in de duinen gebouwde – kustbatterij Scheveningen Noord was bedoeld om de residentie van de Rijkscommissaris te beschermen, net als de lange antitankgracht die van Kijkduin naar Scheveningen is aangelegd, met grote evacuaties als gevolg. Achterin het park liet hij een schuilbunker bouwen, die was gecamoufleerd als grote boerenschuur. Ernaast werd een kazerne gebouwd, nu de Julianakazerne, en vlak achter de bunker staat een aantal geschutsbunkers ter verdediging van de grote schuilbunker en de daarlangs lopende antitankgracht.
Het enige complex dat hiermee te vergelijken is, is de schuilplaats van Hitler zelf in Berlijn, die overigens kleiner was dan die van Seyss-Inquart. Ook de Führer der Schnellbote (motortorpedoboten) voor West-Europa vestigde zich bij Den Haag; hij koos de Scheveningse Bosjes als hoofdkwartier.
Hoek van Holland
Festung Hoek van Holland beschermde de Nieuwe Waterweg en de havens van Rotterdam. In het duingebied ten noorden van de Nieuwe Waterweg ligt de batterij Vineta, waarvoor de Nederlandse Kustbatterij V (uit 1936-1937) werd aangepast. Hier liggen een vuurleidingpost, geschutsbunkers, manschappenbunkers, hospitaal en bergplaatsen. Ondergrondse verbindingsgangen tussen de bunkers (poternes) zijn nog aanwezig. De bunkers zijn voorzien van Duitse teksten en schilderingen. In de Koude Oorlog zijn delen van dit complex als radarpost hergebruikt. Door zandopspuiting ten behoeve van de Maasvlakte ligt de luchtdoelbatterij Nordmole nu een stuk van de kust af, verscholen in het duin. Direct ten noorden daarvan ligt het hoofdkwartier van de kustartillerie. Van hieruit werden waarnemingen gedaan en bevelen gegeven. Kern van het hoofdkwartier is de commandobunker met waarnemingsruimte en observatiesleuf die – nog steeds – als enige onderdeel direct zichtbaar is.
In het nabijgelegen Staelduinsebos werd de commandant van de vesting gehuisvest. In feite is dit een bunkerdorp waar alleen al 16 zware bunkers staan. Het dorp is onaangetast gebleven, maar is wel ’teruggegeven’ aan de natuur. Nu zijn er 30 soorten mossen te vinden.

Zeeuwse en Zuid-Hollandse delta (klik om te vergroten). Bron: Strootman Landschapsarchitecten / Natuurmedia
Voorne en Schouwen
Op Voorne liggen vlak bij elkaar radarpost en commandopost ‘Biber’ voor het peilen en leiden van jachtvliegtuigen. Het is de grootste met bunkers bebouwde radarpost langs de Nederlandse kust. Bij de Punt op Goeree – op de strategische hoek van het eiland – zijn de bunkers van een infanteriesteunpunt na de oorlog onder het zand verdwenen. Enkele jaren geleden is het complex door een groep vrijwilligers weer uitgegraven. Het bataljonshoofdkwartier Olaertsduin is vergelijkbaar met dat in Slotbos Haamstede op Schouwen. Hier werden reserves aan manschappen en munitie ondergebracht. In het Slotbos liggen de bunkers nog, aangeaard als heuveltjes. Niet ver daarvandaan, rond het kustvliegveld, zijn een vliegveldcommandobunker en 12 bomvrije bunkers gebouwd.
Walcheren en Zeeuws-Vlaanderen
De Festungen Vlissingen en Breskens bestreken samen de monding van de Westerschelde. Het Kernwerk van Vlissingen, dat tegen het eind van de oorlog werd gerealiseerd, is het enige in Nederland dat daadwerkelijk werd bevochten. De kustbatterijen hebben een rol gespeeld bij de Slag om de Schelde, toen de geallieerden vanuit Normandië naar het noorden trokken en de dijken van Walcheren bombardeerden. De Duitsers wilden de monding van de Schelde tot elke prijs verdedigen. In Vlissingen is het Zeefront vrijwel verdwenen, terwijl van het als bunkerlinie uitgevoerde Landfront tientallen gebouwen en structuren zijn bewaard en aangewezen als rijksmonument (anti-tankgracht en -tankmuur, hindernissen en bunkers). Aan de oostkant van Vlissingen is het 16e-eeuwse fort Rammekens in het front opgenomen. Bij Breskens staan bunkers die voor Nederland en internationaal uniek zijn vanwege de zeldzaamheid van het type. Er zijn ook delen van het landfront bewaard gebleven. In het voormalige fort Frederik Hendrik is een woonwijk ontwikkeld.
Alle kaarten uit dit artikel komen oorspronkelijk uit het Masterplan Kust en Erfgoed en zijn gemaakt door Strootman Landschapsarchitecten. Ze zijn voor duinenenmensen.nl bewerkt door Marijke Beek, Nico van der Wel en Machiel van Wijngaarden. Copyright ligt bij Strootman Landschapsarchitecten / Natuurmedia.
Pingback: Duinen en mensen » Uniek overzicht van de cultuurhistorie van de kust: 7 erfgoed-essays
Het zwaartepunt van de Atalntikwall in Nederland lag natuurlijk niet in Den Haag, maar bij de strategische havens of riviermondingen: Scheldemonding, Hoek van Holland en IJmuiden en in mindere mate Den Helder (was geen Festung). De Atlantikwall was bedoeld om een landing te voorkomen niet om het bestuurlijk centrum te verdedigen. Den Helder was dus geen Festung, maar bezit wel één van de interessantste bunkers, de Flagruko Fl 250. Het is onbegrijpelijk waarom deze en de centrale bunker van de Tigerstellung op Terschelling, Unterstand für Funkmeßgeräte Auswertung Jafü Bertha L487 niet zijn aangewezen als rijksmonument.
Geachte lezer,
Rondom het marinevliegjamp De Kooy stonden ook diverse bunkers in velerlei groots O.a bij de Blauwe Keets aan het
Noord Hollandskanaal (afslag Schoolweg richting Julianadorp. Verderop, op het land van boederij Guldemiond / Van Leenen) en in ide Nollem / De Schooten – onder Den Helder , aan beide zijde van de spoorlijn. Op de hoogte van – nu N.S. station Zuid was een bunker waar defensie afluistermasten op geplaatst had. Zijn in dienst geweest, tot de schuilbunker meer naar het zuidwesten van deze lokatie gereedkwam. De bunker aan de Doggersvaart is in gebruik geweest als brandweergarage en daarna als woning voor een van de zoons van de fam. Van Leenen.
Hallo,
Ameland en Vlieland hadden geen Atlantikwall-verdedigingswerken op hun eiland?? En zo nee, waarom niet?
Andere vraag: is de meerderheid van alle bunkers na de oorlog vernietigd of is er nog best wel veel te vinden? Ik ben alleen een keer in Kijkduin, Wassenaarse Slag en Wijk Aan Zee geweest en volgens mij had deze laatste de meeste bunkers nog intact.