over de site | contact | info auteurs | toegang auteurs
  • Home
  • Nieuws
  • Thema’s
    • Ontstaan van de kust
      • Duinen als zeewering
      • Klimaat en duinen
    • Archeologie
    • Zeedorpen
    • Jacht
    • Duinlandbouw
    • Cartografie
    • Veldnamen
    • Militaire kustverdediging
    • Waterwinning
    • Natuur en landschap
      • Flora en vegetatie
      • Fauna
      • Bos
      • Natuurbeheer
    • Strand
    • Recreatie
    • Beeldende kunst
  • Gebieden
    • Zeeland
    • Zuid-Hollandse eilanden
    • Zuid-Hollandse vasteland
    • Zuid-Kennemerland
      • Amsterdamse Waterleidingduinen
      • Nationaal Park Zuid-Kennemerland
      • Kennemerstrand
    • Noord-Kennemerland
      • Wijk aan Zee
      • Noordhollands Duinreservaat
      • Bergen
      • Schoorlse Duinen
    • Noordkop
      • Camperduin-Petten
      • Zwanenwater
      • Zijpe- en Hazepolder
      • Callantsoog
      • Noordduinen
      • Den Helder
    • Texel
      • Zuidpunt van Texel
      • Duinen bij Den Hoorn
      • Duinen bij De Koog
      • Ten noorden van De Koog
    • Vlieland
    • Terschelling
    • Ameland
    • Schiermonnikoog
    • Rottumerplaat / Rottumeroog
  • Landschapselementen
    • Eendenkooien
    • Landgoederen
    • Wegen en paden
    • Kanalen
    • Stuifdijken
    • Agrarisch
    • Militair
    • Heemtuinen
    • Recreatief
  • Portretten
  • Onderzoek
  • Hotspots
  • Natuurmedia
rss

Artikel

13
MRT
2015

De Atlantikwall, een verdedigingslandschap (erfgoed-essay 3)

Marijke Beek
Militaire kustverdedigingUitgelicht
Tags : Atlantikwall, bunkermuseum, erfgoed-essay, Menno Huizinga, militair, RCE, Rijksdienst Cultureel Erfgoed
Posted By : Marijke Beek
Comments : 2

Op 14 december 1941 werd het bevel gegeven tot de aanleg de Atlantikwall, een sterke verdedigingslinie langs West-Europese kust die in eerste instantie Neue Westwall heette. De Duitse strijdkrachten waren er in de jaren 1940-1941 niet in geslaagd Engeland te verslaan. Toen zij zich naar het oosten richtten, ontstond de mogelijkheid van een tweefrontenoorlog. De Atlantikwall moest dat helpen voorkomen.

RCE Rijksdienst Cultureel Erfgoed[Noot van de redactie: dit is erfgoed-essay 3. Deze serie is tot stand gekomen met steun van de Rijksdienst Cultureel Erfgoed. Zie voor een kaart met (kandidaat)monumenten van de Atlantikwall elders op deze site]

In Nederland bestond de linie uit een groot aantal kleine gebouwen en daartussen en op het strand verplaatsbare versperringen. Bij de aanleg ervan maakten de Duitsers in eerste instantie gebruik van bestaande Nederlandse verdedigingswerken. Vanaf 1942 werd dit stelsel omgebouwd tot een permanent en integraal verdedigingsstelsel langs de bezette Europese westkust: de Atlantikwall. West-Europa moest een onneembare vesting worden.

De Atlantikwall is ruim 2500 kilometer lang en loopt van de Noordkaap in Noorwegen tot aan de Spaanse grens. De linie was bedoeld om de westgrens van het Duitse rijk te verdedigen tegen aanvallen van de geallieerden vanuit zee. Langs de hele Nederlandse kust, van Delfzijl tot Zeeuws Vlaanderen, zijn er restanten van terug te vinden. De Atlantikwall heeft die aanval uiteindelijk niet kunnen voorkomen; op 6 juni 1944 landden de geallieerden in Normandië.

De Duitsers maakten – ook in Nederland – voor de aanleg gebruik van gestandaardiseerde bunkertypen en van een vaste modulaire opbouw. Toch verschillen de nu nog zichtbare restanten onderling duidelijk van karakter. Niet alleen doordat de functie per complex kon verschillen, maar ook omdat de Duitsers gebruik maakten van de mogelijkheden die het landschap ter plekke bood. En wij Nederlanders zijn na de oorlog op verschillende manieren met de restanten omgegaan[i].

Aanleg

De aanleg van wat de grootste verdedigingslinie uit de wereldgeschiedenis zou worden, was een onderneming van enorme omvang. Er werden 23.000 verdedigingswerken gebouwd, waaronder in Nederland ruim 2.000 zware bunkers (in totaal 14.000). De linie bestaat uit samenhangende ensembles van zelfstandige grotere en kleinere eenheden die elkaar konden ondersteunen en zo gezamenlijk de kust konden verdedigen. Tussen die losse verdedigingspunten lag de ‘Freie Kuste’, de vrije kust met minder prioriteit, die minder zwaar met verdedigingswerken werd bebouwd. Vanaf eind 1943 werden in opdracht van Generaal Erwin Rommel de versterkingen uitgebreid met hindernissen en mijnenvelden op het strand.

De bouw van de Atlantikwall begon in Nederland in 1942, en viel in 1944 vrijwel stil door gebrek aan bouwmateriaal. Alleen bij Vlissingen en Breskens werd nog gebouwd, omdat de toegang tot de Westerschelde toen de hoogste prioriteit had gekregen. De bevelen van de bezetter werden in Nederland ijverig opgevolgd, waarbij de bouwsector de kroon spande. Nadat de Duitsers besloten hadden tot de bouw van de Atlantikwall, werd in ons land een bouwverbod afgekondigd, ook voor woning- en wegenbouw. Opdrachten voor het bouwen van bunkers waren dus een welkome aanvulling op de orderportefeuille en de bouwproductie concentreerde zich op de Atlantikwall.

Verantwoordelijk voor de bouw was de Organisation Todt, een staatsaannemersbedrijf dat was genoemd naar de oprichter Fritz Todt. Net als in andere landen maakten de Duitsers in Nederland gebruik van plaatselijke aannemers. Die namen vrijwillige arbeiders aan of werkten samen met de Duitsers via gedwongen tewerkstelling van Nederlandse burgers. Op Schiermonnikoog bijvoorbeeld werden de enorme bunker de Wassermann en het nabijgelegen bunkerdorp gebouwd door een plaatselijk, in betonbouw gespecialiseerd bouwbedrijf. De directeur organiseerde regelmatig feestelijke bijeenkomsten voor zijn Duitse opdrachtgevers[ii]. Ook op Walcheren schakelde de bezetter actief eilandbewoners in bij de bouw. Die werkten mee om zo tewerkstelling in Duitsland te voorkomen[iii].

Atlantikwall-steunpunten in Nederland. Bron: Rolf, Bunkers in Nederland

Atlantikwall-steunpunten in Nederland. Bron: Rolf, Bunkers in Nederland

Hiërarchische opbouw

De Atlantikwall als geheel werd systematisch en hiërarchisch opgebouwd.

  1. Het kleinste onderdeel was het licht bewapende weerstandsnest (Widerstandsnest) bestaande uit licht geschut, woonschuilplaatsen en bergplaatsen, met prikkeldraad en loopgraven rondom.
  2. Op strategisch belangrijker plaatsen werden steunpunten (Stützpunkte) aangelegd. Hiervan werd de kern gevormd door zware betonnen bunkers met zware bewapening.
  3. Op nog belangrijkere kustdelen als havens of riviermonden werden deze steunpunten samengevoegd tot steunpuntgroep (Stützpunktgruppe) met meer manschappen en zwaardere artillerie. Deze werden rondom verdedigbaar gemaakt door antitankversperringen. In Nederland waren er achttien steunpuntgroepen, namelijk van noord naar zuid Delfzijl (als onderdeel van Festung Emden), Schiermonnikoog, Ameland, Harlingen, Terschelling, Vlieland, Texel, Callantsoog, Petten, Schoorl, Castricum, Zandvoort, Katwijk, Scheveningen, Oostvoorne, Goeree. Schouwen, Moerdijk en Breskens (in het Nederlandse gebied van het Duitse 15e leger).
  4. Op locaties van het hoogste belang (zeehaven, marinebasis) werd een versterkte steunpuntgroep gecreëerd, een Verteidigungsbereich of later (vanaf 1944) vesting (Festung) genaamd. In Nederland waren dit Vlissingen, IJmuiden, Hoek van Holland en Den Helder. IJmuiden en Hoek van Holland hadden beide een soort citadel, kernwerk genaamd, van waaruit de haven tot het allerlaatst verdedigd kon worden.

Zeefront en Landfront

De Atlantikwall bestond uit een Zeefront en een Landfront. Gezien vanuit de kustlijn was het Zeefront bedoeld tegen aanvallen vanuit zee, met kustbatterijen zoals hierboven beschreven. De eerste (passieve) linie van het Zeefront bestond uit mijnenvelden en talloze soorten obstakels op het strand, die landingsvaartuigen en tanks moesten hinderen of opblazen. Vlak daarachter, op de duinrand, waren vuurleiding en commandoposten, geschut en munitiemagazijnen in zware bunkers ondergebracht. Direct daarachter in de duinen lagen manschappenonderkomens, hospitalen en andere ondersteunende functies, vaak in veel lichtere, gemetselde gebouwen. Verder in het binnenland werden ook weerstandsnesten gebouwd, bijvoorbeeld bij bruggen en kruispunten.

Het Landfront lag verder landinwaarts rond de grotere steunpuntengroepen en de vestingen. Dit front was was bedoeld om te voorkomen dat een doorgestoten vijand de kustlinie in de rug aanviel. Het Landfront had een totaal ander karakter. Het was een aaneengesloten linie bestaande uit tankmuren, tankgrachten en andere tankversperringen en verplaatsbare hindernissen. Het bekendste voorbeeld is het Landfront van Vlissingen, waarvan meer dan zestig onderdelen zijn aangewezen als rijksmonument. Het Zeefront van Vlissingen is verdwenen. Hoofdkwartieren van de Atlantikwall lagen in veiliger gebied verder landinwaarts. Vaak werden landhuizen en buitenplaatsen in beslag genomen om commandanten te huisvesten.

Bunkertypen

Binnen de Atlantikwall werd gebruik gemaakt van een groot aantal gestandaardiseerde bunkerontwerpen ofwel Regelbauten. Er zijn honderden verschillende standaardtypes ontworpen, allemaal met een typenummer en per gebouw een unieke aanduiding. Vanwege deze standaardisering waren bij ieder bouwvoornemen de benodigde hoeveelheden beton en staal en de benodigde mankracht direct bekend.

Scheveningen Noord: vuurleidingpost. Foto: Marijke Beek

Scheveningen Noord: vuurleidingpost. Foto: Marijke Beek

De kustverdediging bestond uit batterijen met geschutsbunkers- en luchtafweergeschut. Soms stonden in de buurt ook radarinstallaties. De batterijen waren gewoonlijk samengesteld uit een vuurleidingpost (waar observaties en metingen werden gedaan), geschutsbunkers, geschutsemplacementen in de open lucht, en bergplaatsen voor munitie. Zij werden vaak beschermd door een laag beton van twee meter of meer. Een vuurleidingpost is herkenbaar aan de horizontale waarnemingssleuf. Een bijzonder exemplaar is die bij Scheveningen Noord, die over drie niveaus is uitgebouwd. Geschutsbunkers op het duin hebben een grote opening aan de kant van het strand, waar het geschut stond. Vanuit deze bunkers schiet de artillerie recht naar zee. Veel wapens waren ook opgesteld in de open lucht, op betonnen open geschutsbeddingen. Dit gold vooral voor het luchtdoelgeschut, dat niet door een betonnen omhulsel in bewegingsvrijheid beperkt kon worden. De verdedigingswerken waren onderling verbonden met ondergrondse gangen. Meer naar achteren in het duingebied lagen betonnen munitiebunkers en lichter gebouwde manschappenonderkomens en hospitaalruimtes. Iets verder van de kust werden meer woonschuilplaatsen voor de manschappen gebouwd, keukens, badhuizen, waterbunkers, bakkerijen, toiletten en garages, uitgevoerd in licht beton of baksteen. Hier speelde zich het alledaagse leven van de soldaten af.[iv]

Bunkermuseum Schiermonnikoog, interieur. Foto: Marijke Beek

Bunkermuseum Schiermonnikoog, interieur. Foto: Marijke Beek

Karakteristiek van de Atlantikwall in Nederland

In ons land was voor de Duitsers de verdediging tegen geallieerde luchtaanvallen een speerpunt. Nederland ligt op de aanvliegroute van Engeland naar vitale gebieden in Duitsland. Belangrijk voor de luchtverdediging zijn radarposten, verbindings- en vluchtgeleidingsposten, vliegvelden en luchtdoelgeschut voor het onderscheppen van vijandelijke vliegtuigen.

Een andere bijzonderheid van de Atlantikwall in ons land was de bescherming van het militair en civiel bestuur in en rond Den Haag. Rijkscommissaris Seyss-Inquart had zich in 1940 gevestigd op de buitenplaats Clingendael in het oosten van de residentie. Om het kwetsbare bestuurscentrum te kunnen verdedigen werd hier een aparte steunpuntgroep aangelegd. De versterkingen liepen van de kustbatterij bij Scheveningen tot en met de kilometers lange, tot aan Kijkduin zigzag lopende antitankgracht. De Führer der Schnellboote , de marinecommandant voor de torpedoboten in West-Europa, vestigde zich eveneens in Den Haag, bij de Scheveningse Bosjes.[v]

Ook vanwege het goed uitgebouwde telefoonnet met bijbehorende schakelposten onderscheidt de Atlantikwall in Nederland zich van andere landen. En tenslotte was opvallend het – vergeleken met de rest van Europa – grote aantal dicht bij elkaar gelegen steunpuntgroepen.

Gevolgen voor de bevolking

De Atlantikwall was een gigantisch bouwprogramma met verstrekkende gevolgen voor de kustplaatsen en hun bewoners. Grote delen van de kust werden ontruimd en vaak gesloopt voor de aanleg van (anti)tankgrachten, tankmuren, bunkers of open schootsvelden. De bewoners werden geëvacueerd en het strand werd verboden terrein (Sperrgebiet). Herkenningspunten, zoals torens, werden gesloopt. Alleen diegenen die economisch gebonden waren mochten met hun gezin blijven wonen. Het ging dan bijvoorbeeld om vissers, onderwijzers, bakkers, bouwers, en mensen die in de gaarkeukens werkten. De evacuaties en de sloopwerkzaamheden werden door de Nederlandse gemeenten zelf gecoördineerd.

Den Haag 1945: de tankgracht bij de Sportlaan (bron: collectie Marijke Beek)

Den Haag 1945: de tankgracht bij de Sportlaan (bron: collectie Marijke Beek)

In Den Haag alleen al zijn alleen al 132.000 mensen geëvacueerd. Het hele gebied tussen Kijkduin en Scheveningen in de Bloemen- en Bomenbuurt werd met de grond gelijk gemaakt voor de aanleg van de antitankgracht. De gracht zou 5,5 km lang worden. Hiervoor werden 3800 huizen en andere gebouwen gesloopt, langs 175 straten. Het was een enorme onderneming, die – najaar 1942 – werd geklaard door de Haagse directeur van Gemeentewerken, die het als zijn taak zag om chaos te voorkomen. [vi]

De sloop van Den Haag (foto: Menno Huizinga, Nederlands Fotomuseum)

De sloop van Den Haag (foto: Menno Huizinga, Nederlands Fotomuseum)

Niet alleen werden huizen afgebroken, maar ook werd het sloopmateriaal naar Duitsland vervoerd. Een ooggetuige schrijft: ‘De hele opzet van deze evacuatie is niets anders dan roofzucht. Het bewijst wel hoe arm Duitsland is. Ze hebben blijkbaar gebrek aan alles. Dit hele stuk stad wordt tot puin gemaakt. Raamkozijnen, deuren, spijkers, lood, zink, alles wordt naar Duitsland gestuurd. Ze branden zelfs de teer uit de mastiek van de daken weg. Als vandalen gaan ze te keer, je hebt de neiging te huilen, maar ook te vloeken.’ [vii] Scheveningen zelf veranderde in een spookstad. ‘Huizen en hotels werden dichtgetimmerd, het strand raakte bestrooid met mijnen en antitankversperringen en de duinen werden volgebouwd met bunkers. […] In plaats van op zee keken de ramen van Zeekant 56 nu aan tegen een tweeëneenhalve meter dikke tankmuur. Het ooit zo bruisende Scheveningen was inmiddels zo stil geworden dat zelfs de schuwe nachtegalen er hun nesten bouwden.’[viii]

Een vrouw zoekt brandhout (1944) (foto: Menno Huizinga, Nederlands Fotomuseum)

Een vrouw zoekt brandhout (1944) (foto: Menno Huizinga, Nederlands Fotomuseum)

In IJmuiden, Hoek van Holland, Den Helder en Hellevoetsluis werd de historische kern (deels) met de grond gelijk gemaakt. In Katwijk en Zandvoort werd bebouwing aan de boulevards tot 200 meter landinwaarts gesloopt, de dorpen Ter Heijde en Petten verdwenen zelfs helemaal van de kaart. Op Walcheren werden in 1942 zo’n tienduizend militairen op het eiland gelegerd; evenveel bewoners – een zesde van de totale bevolking – werden naar Noord-Brabant geëvacueerd. Hetzelfde gold voor de gebieden die door de bezetter onder water werden gezet: Goeree-Overflakkee, Voorne-Putten en de Hoekse Waard.

Leven met de Atlantikwall

Grote delen van het kustgebied werden tot verboden terrein (Sperrgebiet) verklaard. Er was geen toegang tot de duinen en het strand en de geëvacueerde gebieden waren alleen toegankelijk voor bewoners met een pasje.

Uit een serie interviews met toenmalige bewoners van Scheveningen en Duindorp blijkt dat mensen die achterbleven zoveel mogelijk bij elkaar gingen wonen om zo zuinig mogelijk om te gaan met brandstof, elektriciteit en eten. Bovendien waren zij voor hun dagelijkse bezigheden veel meer op elkaar aangewezen dan voor de oorlog. Zij vertellen dat bewoners van Scheveningen in alle vroegte verlaten, en deels al gesloopte, huizen binnendrongen met zagen, bijlen en hamers om aan brandhout te komen. Een vrouw beschrijft zelfs hoe zij als jong meisje stukken uit de bielzen van lijn 11 zaagde. Anderen hadden die al losgemaakt. Die bielzen waren doortrokken van een soort olie, dus ze brandden geweldig.

In eerste instantie hadden de Scheveningers vis als voedsel en als ruilmiddel. Naderhand mocht minder gevist worden en werd voedsel schaars, vooral in het laatste oorlogsjaar. Door een distributiesysteem met bonnen werd getracht het schaarse voedsel eerlijk te verdelen. Sommige geïnterviewden vertellen hoe ze probeerden de gang naar de gaarkeuken zo lang mogelijk uit te stellen, vanwege het weinig aantrekkelijke vooruitzicht waterige pap te moeten eten. Dat kon alleen door op strooptocht te gaan. Een vrouw die nog een fiets had, een kostbaar bezit, vertelt dat zij vanuit Scheveningen naar Rijnsburg ging om uien en wortelen te halen, of melk te ruilen voor aardappelschillen, die de boeren gebruikten als veevoer. Ook werden suikerbieten en bloembollen gegeten. Anderen liepen naar het Westland om daar ’s winters boerenkool, knolraap en winterpeen uit de grond te halen. Want daar stonden de warenhuizen er verlaten bij, aldus de geïnterviewde. Toch waren honger en kou niet het ergste in de oorlogsjaren. De kustbewoners waren vooral bang voor de lancering van de V2 raketten richting Engeland. Zo’n lancering mislukte nogal eens, waarna de raket ergens neerstortte. Volgens ooggetuigen was aan het geluid te horen of de lancering goed ging. Als de motor ging storen ging de raket zwengelen in de lucht en moest je hopen dat hij in zee zou storten of dat jijzelf op tijd een schuilplek kon bereiken. Mislukte lanceringen hebben heel wat burgerslachtoffers gemaakt.[ix]

Verdedigingslandschap

IJmuiden, antitankmuur en draketandversperringen. Foto: Marijke Beek

IJmuiden, antitankmuur en draketandversperringen. Foto: Marijke Beek

De locatie, het type stelling en de inrichting van complexen binnen de Atlantikwall werden bepaald door de mogelijkheden die de omgeving bood. Vanaf een duintop was er immers goed uitzicht, zodat daar een stelling of een commandopost werd geplaatst. Verder werd gebruik gemaakt van het natuurlijke reliëf in het landschap, van (natuurlijke) barrières en van al aanwezige infrastructuur. De al aanwezige kanalen in de waterwingebieden langs de kust boden mogelijkheden als tankhindernis. In het duingebied werden de hellingen van duinen steil afgegraven om ze ontoegankelijk te maken voor voertuigen. Waar het realiseren van steile duinen of tankgrachten niet mogelijk was, werden betonnen hindernissen aangelegd, zoals tankmuren en drakentandversperringen, net als bij de toegang tot havens. [6. Historische foto versperringen haven Scheveningen]

In het polderland maakte de bezetter gebruik van al aanwezige rivieren of kanalen. Waren die er niet, dan werd een antitankgracht gegraven. Ook zetten zij landerijen onder water, vooral in het zuiden van het land. Tegelijkertijd moest het verdedigingswerk opgaan in zijn omgeving. De gebouwen werden daarom overdekt met zand en camouflagenetten, of in schutkleuren geverfd, zodat ze uit de lucht nauwelijks zichtbaar waren. Bovendien maakten de Duitsers schijnopstellingen om de vijand te misleiden. In ons land gebeurde dat vooral in de vorm van schijnvliegvelden, onder meer bij Ockenburg en Haamstede.

Bunker van Seyss Inquart in Den Haag (foto: MB)

Bunker van Seyss Inquart in Den Haag (foto: Marijke Beek)

Militaire bebouwing achter het duingebied werd gecamoufleerd als boerderij of woonhuis. De bunkers kregen (imitatie) bakstenen buitenmuren, een pannen dak en soms werden er vensters en zelfs bewoners op geschilderd. Een bekend voorbeeld is het complex bij vliegveld Valkenburg bij Katwijk. Daar kregen de 26 legeringsgebouwen aan beide zijden van de Wassenaarseweg het aanzien van eenvoudige boerenschuren met verschillende soorten daken. Een ander voorbeeld is de als boerderij gecamoufleerde schuilbunker die Seyss-Inquart achterin het park van Clingendael liet bouwen. Over de zware betonnen bunker van twee bouwlagen werd een schil gezet met een groot overhangend dak. De muren werden beschilderd met imitatie-metselwerk. De twee grote ‘schoorstenen’ zijn in feite opstellingen voor luchtafweergeschut.

Gecamoufleerde bunkers in de duinen bij  Den Helder, 1945 (foto: Frits Lamberts, Nederlands Foto museum)

Gecamoufleerde bunkers in de duinen bij Den Helder, 1945 (foto: Frits Lamberts, Nederlands Foto museum)

Wie historische foto’s bekijkt ziet in het duingebied geen individuele objecten, maar complexen die deel uitmaken van een verdedigingslandschap. Dat bestaat uit bunkers en andere deels ingegraven gebouwen met gronddekking en camouflagenetten, tankgrachten en tankmuren, schuttersputten, loopgraven, prikkeldraad en andere soorten versperringen. De nu nog bestaande restanten van de Atlantikwall lijken steeds meer in het landschap op te gaan.

Het duingebied is door de aanleg van de Atlantikwall dusdanig ingrijpend veranderd dat de gevolgen nog steeds zichtbaar zijn. Op heel wat plaatsen is nu nog een onnatuurlijk reliëf te zien door de aanwezigheid van met zand overdekte bunkers onder het duin. Ook zijn sporen van loopgraven en (resten van) gebouwen te herkennen aan afwijkende bodemvegetatie.[x]

Na de oorlog: opruimen en herdenken

Onder druk van economie en toerisme werden na de oorlog als eerste de onderdelen van de Atlantikwall in de havens en op boulevards gesloopt. Zo werd de twee kilometer lange tankmuur op de Katwijkse boulevard al in de herfst van 1945 in zijn geheel in een kuil gekanteld en met zand afgedekt. Waar ze minder in de weg stonden, werden bunkers, soms jaren later, gesloopt. [10. Historische foto sloop bunker Callantsoog jaren 60] Elders werden onderdelen ingericht als noodwoning, vakantiehuisje of als opslagplaats. In parken en duinen bleven ze liggen, vaak afgedekt met zand of grond. De opruiming liep niet overal vlekkeloos. Het opblazen van de grote U-bootbunker bij IJmuiden mislukte doordat het beton te dik was. In ’s Gravenzande zijn woonhuizen bovenop bunkers van de Atlantikwall gebouwd. Veel militaire werken zijn ook gesloopt bij verbeteringen aan de zeewering na 1953, vooral in Zeeland. Voor de sloopzones op boulevards en achter de duinen werden wederopbouwplannen gemaakt waarbij soms een heel nieuwe stedenbouwkundige structuur werd ontworpen. Het oplossen van de woningnood had daarbij prioriteit.

Na de oorlog werden ook (Ere-)begraafplaatsen en herdenkingsplekken aangelegd. De bekendste herdenkingsplaats is de Waalsdorpervlakte, op een fusilladeplaats in een duinpan in de duinen bij Den Haag. Hier wordt de jaarlijkse Dodenherdenking gehouden. De Erebegraafplaats Loladse op Texel werd aangelegd voor de Georgiërs die werden gedood toen zij – deel uitmakend van het Georgische Bataljon binnen de Wehrmacht, – in opstand kwamen tegen de Duitsers. Een Frans oorlogsmonument in Domburg herinnert aan de hier in mei 1940 gevallen Franse en Marokkaanse militairen, de Erebegraafplaats in Bloemendaal houdt de herinnering levend aan de ter plekke gefusilleerde verzetsstrijders.[xi]

‘Modern’ militair erfgoed nu

Atlantikwallmuseum in Hoek van Holland (foto Marijke Beek)

Atlantikwallmuseum in Hoek van Holland (foto Marijke Beek)

Sinds eind jaren zeventig wordt de cultuurhistorische waarde van de Atlantikwall steeds meer ingezien. De resten van de Atlantikwall zijn een tastbaar overblijfsel van de Tweede Wereldoorlog en als zodanig Nederlands erfgoed. Een aantal complexen is inmiddels aangewezen als rijksmonument, maar een duidelijk landelijk overzicht ontbreekt nog steeds.

De restanten spreken ook een groter publiek aan. Omdat nogal wat bunkers en antitankmuren in natuurgebied liggen zijn ze een gewild doel voor een wandeling. Ook zijn in het hele land bunkergroepen actief. Zij gaan – al of niet illegaal – op zoek naar nog onbekende restanten van de Atlantikwall, wisselen onderling informatie uit en vragen aandacht voor wat er nog bestaat. Atlantikwall-musea zijn geopend op onder meer Schiermonnikoog, in IJmuiden, Noordwijk, Scheveningen, Hoek van Holland en in Zoutelande op Walcheren (zie ook het artikel over (kandidaat)monumenten van de Atlantikwall elders op deze site).

Antitankmuur in Katwijk (foto: Marijke Beek)

Antitankmuur in Katwijk (foto: Marijke Beek)

Literatuur

  • Ambachtsheer, H.F. en C.J. van Harmelen. Van verdediging naar bescherming: de Atlantikwall in Den Haag. ’s Graven­hage, 1995
  • Atlantikwall Zuid-Holland Van Noordwijk tot de punt van Goeree, Erfgoedhuis Zuid-Holland, 2014
  • http://www.erfgoedhuis-zh.nl/winkel/publicaties
  • Bosma, K., en C. Wagenaar, Een geruisloze doorbraak. Rot­terdam, 1995
  • Bosma, K., Schuilstad; bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen. Amsterdam, 2006
  • Menno van Coehoorn, Duitse Militaire Werken uit de Tweede Wereldoorlog – zand erover? Landelijke inventarisa­tie en selectievoorstel Stichting Menno van Coehoorn, Den Haag, Mei 2003
  • Kruidenier, M. Militair Erfgoed; categoriaal onderzoek wederopbouw 1940 – 1965, RACM, Zeist, 2007
  • ‘Militaire kustverdediging na 1940’, in: Masterplan Kust en Erfgoed, Kiezen voor karakter: cultuurhistorie en erfgoed voor de kust, Rijksdienst voor het cultureel Erfgoed 2014, pp. 52-57
  • Neefjes, J., Cultuursporen in het duin; Inventarisatie en waardering van het erfgoed in het duingebied Meijendel – Berkheide, 2010
  • ‘Op weerstand gebouwd; verdedigingslinies als militair erfgoed’, Jaarboek Monumentenzorg 2004, Zwolle 2004
  • Peters, M., S. van Schuppen e.a. De Atlantikwall; Omstreden erfgoed van Rijnmond tot IJmond, Den Haag, 2005
  • Philippart, F., Atlantikwall, Bunkers van de Tweede Wereldoorlog in België, Wittsand uitgevers, 2014
  • Rolf, R., Eckelkamp, N. Perlenschnur aus Stahlbeton. Bees­terzwaag, 1983.
  • Rolf, R., en H. Sakkers. Duitse bunkers in Nederland, Mid­delburg, 2005.
  • Sakkers, H. ‘Het landfront Vlissingen’, in: Saillant, kwartaal­bericht van de Stichting Menno van Coehorn, nr. 4 (2012) pp. 6-13.
  • Schuppen, S. van, Berusting in en verzet tegen de Atlantikwall op Walcheren
  • http://www.stevenvanschuppen.nl/downloads/walcheren.pdf
  • Warmerdam, N., ‘Sporen van de Atlantikwall‘, in: Natuuronderzoek jrg. 24, nr.1, 2014, 6-7

Websites

  • http://www.atlantikwallplatform.eu
  • http://beeldbank.cultureelerfgoed.nl
  • http://www.bunkerbehoud.com/onderzoek/symposium/selectievoorstel.pdf
  • http://www.bunkerfotos.nl/locaties2.htm
  • http://deoorlog.nps.nl/page/mappen/780594/De+uitvoerder
  • http://www.destadgeschonden.nl/ – [serie wandelingen door Den Haag, met geluidsfragmenten]
  • https://easy.dans.knaw.nl/ui/?wicket:interface=:3:2::: [Serie (uitgeschreven) interviews met toenmalige bewoners van Scheveningen en Duindorp]
  • http://getuigenverhalen.nl/projecten/atlantikwall-den-haag
  • http://www.forten.info
  • http://www.geheugenvannederland.nl/?/nl/themas/geschie­denis_en_samenleving/oorlog
  • http://www.geschiedenisvanzuidholland.nl/atlantikwall
  • http://monumentenregister.cultureelerfgoed.nl
  • http://www.zeeuwseankers.nl/nl-NL/verhaal/129/de-eerste-aanvallen-op-walcheren-september-oktober-1944
  • http://www.zuidholland.nl/overzicht_alle_themas/c_landschap/c_cultureel_erfgoed_en_ erfgoedlijnen.htm

Noten

[i] Bij het maken van dit verhaal over de Atlantikwall in Nederland is vooral gebruik gemaakt van de boeken van Rolf & Sakkers over bunkers in Nederland, van Ambachtsheer over Den Haag, van Peters & Van Schuppen over de Hollandse kust. Bovendien is informatie afkomstig van de begeleidingscommissie bij het Masterplan Kust en Erfgoed. Voor meer gedetailleerde informatie de websites http://www.atlantikwallplatform.eu en http://www.forten.info.

[ii] http://deoorlog.nps.nl/page/mappen/780594/De+uitvoerder

[iii] Schuppen, S. van, Berusting in en verzet tegen de Atlantikwall op Walcheren

http://www.stevenvanschuppen.nl/downloads/walcheren.pdf

[iv] Rolf, R., en H. Sakkers. Duitse bunkers in Nederland, Mid­delburg, 2005 en Philippart, F., Atlantikwall, Bunkers van de Tweede Wereldoorlog in België, Wittsand uitgevers, 2014

[v] Ambachtsheer, H.F. en C.J. van Harmelen. Van verdediging naar bescherming: de Atlantikwall in Den Haag. ’s Graven­hage, 1995

[vi] Bosma, K. Schuilstad; bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen. Amsterdam, 2006

[vii] http://www.destadgeschonden.nl/

[viii] Annejet van der Zijl, Sonny Boy, Amsterdam 2005

[ix] https://easy.dans.knaw.nl/ui/?wicket:interface=:3:2:::

[x] Warmerdam, N., ‘Sporen van de Atlantikwall’, in: Natuuronderzoek jrg. 24, nr.1, 2014,

  1. 6-7 (via website Duinenenmensen)

[xi] Bosma, K., en C. Wagenaar, Een geruisloze doorbraak. Rot­terdam, 1995 en Kruidenier, M., Militair Erfgoed; categoriaal onderzoek wederopbouw 1940 – 1965, RACM, Zeist, 2007, Masterplan Kust en Erfgoed, pp. 52-57

 

 

Gerelateerde artikelen:

  1. Atlantikwall: (kandidaat)monumenten, vliegvelden, herdenkingsplekken
  2. Recreatie aan de kust voor 1940 (erfgoed-essay 1)
  3. De Wederopbouw van de Nederlandse Noordzeekust (erfgoed-essay 2)
About the Author

Social Share

    2 Comments

    1. Pingback: Duinen en mensen » Atlantikwall: (kandidaat)monumenten, vliegvelden, herdenkingsplekken

    2. Pingback: Duinen en mensen » Cultuurhistorie van de kust

    Leave a Reply Reactie annuleren

    *
    *

    Digitale documentatie duinen Voorne

    Overzichtskaart hotspots: wandelingen met bijzondere planten

    hotspots duinen wandeling Bezoek hotspots bloeiende duinen

    Boeken

    Duinen en mensen Voorne

    Aan rijkdom is op Voorne geen gebrek.
    42,50

    Bestel

    Bloeiende duinen

    'Een ‘must-have’ voor planten- en duinliefhebbers.’ (Bionieuws)
    van 29,50 naar 19,50

    Bestel

    Het vroon ontrafeld

    40 jaar waterwinning en natuurherstel in de Middel-en Oostduinen op Goeree

    Bestel

    Duinen en mensen Noordkop & Zwanenwater

    De slankste kuststrook van ons land. Waar duin en dijk vervloeien. Slechts 17,50.

    Bestel

    Duinen en mensen Texel

    De Texelse duinen en kwelders zijn van een betoverende schoonheid. Slechts 9,50

    Bestel

    Niet zonder elkaar

    Beste natuurboek van 2015 en zeer actueel
    nu 9,50 ook als pdf

    Bestel

    Het achterboek: online achtergronden bij Bloeiende duinen

    Aanmelden nieuwsbrief



    Doorzoek alle artikelen

    • Duinen en mensen Voorne; persbericht nr. 8. Voornse flora: rijker dan dit is er niet in ons land. (een foto van kle… https://t.co/7TdiogOCGl yesterday
    • Voorne; persbericht nr. 7: Kustlandschap in één hand naar grote en kleine brokken: natuurgebied, bebouwing of landg… https://t.co/esyyLyFaE2 2 days ago
    • Duinen en mensen Voorne; persbericht nr. 6: de Heveringen als oudste duinkern https://t.co/55PV2rSVW3 https://t.co/TMkMrqYtaC 3 days ago
    • Duinen en mensen Voorne; persbericht nr. 5: Waarom liggen er dijken aan de binnenduinrand tot in het duin?… https://t.co/My2h4jamE4 4 days ago
    • Duinen en mensen Voorne; persbericht nr. 4: rijke collectie dubbelbeelden toont veranderingen duinlandschap Voorne… https://t.co/ORcvQ1d5D5 5 days ago
    • Duinen en mensen Voorne; persbericht nr.3: het oeroude Berkenrijs bestaat nog steeds. https://t.co/P4HnewD7di https://t.co/rNOhlwn3ie 6 days ago
    • Duinen en mensen Voorne; persbericht nr. 2: nieuw onderzoek onthult unieke geologie van de kust van Voorne… https://t.co/kdcBkkrAL2 7 days ago
    • Voorne behoort met 135 soorten broedvogels tot de vogelrijkste gebieden van Nederland, veel rijker dan de vasteland… https://t.co/yKa3KEpqO2 8 days ago
    • https://t.co/GM1sBmaJ1J 24 days ago
    • Duinen en Mensen Voorne De boekpresentatie is op 8 april vanaf 14.30 uur in Cultureel Centrum De Man, Burgemeester… https://t.co/sxtGd4x3m8 24 days ago
    • De hoogste tijd om een nieuwe kustlijn te bouwen https://t.co/SMbSKy4Jx0 via @nrc De droom van baggeraars of definitieve breuk met natuur? over a year ago
    • Veelzijdig, veelkleurig en onrustig https://t.co/4H0zxs6X6c https://t.co/z8LOuHxS6x over a year ago
    • Veelzijdig, veelkleurig en onrustig https://t.co/4H0zxs6X6c https://t.co/MKj2wPyoUe over a year ago
    • Hotspot Kennemerstrand: 10 soorten in beeld (concept) https://t.co/vjq1KnLt93 over a year ago
    • Hotspot Kennemerstrand: 10 soorten in beeld (concept) https://t.co/vjq1KntRKt over a year ago
    • Kwade Hoek, Goeree: 15 soorten in beeld https://t.co/oBnhgJzfpA https://t.co/NHMol9ZqCv over a year ago
    • Kwade Hoek, Goeree: 15 soorten in beeld https://t.co/oBnhgJzfpA https://t.co/GJfzDwligz over a year ago
    • Hotspot Hoek van Holland: nieuwe vallei en groene strand https://t.co/665qaA6IE7 https://t.co/7i5BcbHm7I over a year ago
    • Het verborgen duin https://t.co/N1tYABTHO7 https://t.co/ixXaeJCBIS over a year ago
    • Hotspot Meijendel: 10 soorten in beeld https://t.co/6rgAidjCQu https://t.co/OIhH95kvbP over a year ago

    Auteurs

    Auteurs die een verhaal + beeld over een duinthema of over een gebied breed willen verspreiden kunnen contact met de redactie opnemen. Het kan gaan om nieuwe verhalen, maar ook om bestaande artikelen in de vorm van een pdf. De redactie zoekt ook correspondenten: contactpersonen in een bedrijf / instelling of vereniging. Een correspondent kan de redactie van duinenenmensen.nl in contact brengen met een of meer auteurs, of bestaande artikelen aanleveren. Informatie voor auteurs Auteurs van boeken Duinen en mensen en hun bijdrages op deze site

    Duinen en mensen boeken

    Duinen en mensen is een serie boeken over de Nederlandse kust. Cultuur en natuur van het kustlandschap worden gelijkwaardig en veelzijdig beschreven. Met honderden nieuwe kaarten en de laatste stand van wetenschap. Kennemerland (2009), Noordkop en Zwanenwater (2011) en Texel (2013). Bestel
    Deze site is een initiatief van Uitgeverij Natuurmedia, en tot stand gekomen met steun van het Prins Bernhard Cultuurfonds


    KVK nr.: 37075141 - BTW nr.: NL074839743B01 - Adres: Nieuwendijk 2, 3252 LK Goedereede - Tel: 06 51 79 29 79
    Redactie: Rolf Roos, Nico van der Wel,
    Machiel van Wijngaarden, Danny Zuurbier


    Wilt u deze site steunen? Klik hier.

    Ontwerp en ontwikkeling: toomanywords.nl