Speurtocht naar historische elementen rond Ockenburgh
Door: Aletta de Ruiter
De indeling van het landschap rondom Den Haag is voor een belangrijk deel vormgegeven in de zeventiende en achttiende eeuw toen rijke patriciërs buitenhuizen stichtten om tijdens de zomermaanden de drukte en de stank van de stad te ontvluchten. Een wandeling door deze landgoederen kan een reis door de geschiedenis worden als je goed op de omgeving let.
In 1746 gaf vrouwe Elisabeth Pauw, baronesse douarière Van den Boetzelaer, opdracht aan landmeter P. Looten om de twee hofsteden die zij bezat te laten opmeten en tekenen. Haar bezit lag ‘in den ambagte van Monster’, vlak over de grens met Loosduinen. De kaart die Looten produceerde is niet alleen een cartografisch product, maar geeft ook een momentopname van het landgebruik en laat zien wie de eigenaren van de verschillende percelen waren.

Carte en meetinge gedaen bij mij onderget. , ten verzoeke van De Hoog Edel Wel Geboren Vrouwe E. Pauw, Baronesse, Douarierre van den Boetzelaer…. van zeekere twee Hofsteeden genaamd OCKENBURG en SANTVOORT, mitsgaders de Boerenwoningen en Landerijen, daer aen behorende, gelegen in den Ambagte van Monster, en hebbe des zelve Partijen gemeeten tot aen den Heeren Weg ende Scheidingen, mitsgaders ter halver Slooten en Dijkjes….; als meede afgestipt het zo genaem De Zwarte Duijn, toebehorende Zijn Doorl. Hoogheid, Mijn Heere Prince van Oranje en Nassau etc etc etc volgens meetingen en caerteeringen Van de twee Landmeters Pieter Floris van der Sallem in febr 1649, en Nicolaus Klinkaert den 18 Augustus 1674, geteekend… Actum ’s Graven Hage den 23 Febr. 1737. (was onderschreeven) P.D. Baes geadministreerd Landmeeter Na welk laatste Tekening ik deezen heb overgedragen en nauwkeurig nageteekend.
Actum ’s Hage den 8 januari 1746 P Looten, geadmitt. Landmeeter
Beide hofsteden werden omringd door boerenhoeves en particulier land. Op de kaart maken we kennis met de weduwe van wijlen de heer griffier Van Kinschot, burgemeester Kopsnoyer, Gerrit Swanenburg, Ary van der Bergh, burgemeester Ruys, de vrouwe van Renswoude en de hoogedele heer Van der Duijn. Het zijn over het algemeen namen van notabelen die in deze streek hun kapitaaltje hadden veiliggesteld door de aankoop van grond.
Overpad door jachtgebied van de prins
Ondanks het feit dat eerdergenoemde hofsteden een en dezelfde eigenaar hadden, laat de kaart zien dat ze zelfstandig werden beheerd en via afzonderlijk oprijlanen vanaf de Heerenweg bereikbaar waren. Die lange lanen liepen dwars door het Zwarte Duijn dat behoorde tot het jachtgebied van de prins van Oranje – Nassau. Op de kopergravure uit 1653 zien we dat dit in den beginne niet meer was dan een gewoon zandpad. Maar honderd jaar later geeft de kaart twee statige lindenlanen te zien met een breedte van vijf Rijnlandse roeden (ca 19 meter).
We hebben het over de hofsteden Ockenburgh en Santvoort of Sandfort. De eerste werd gesticht rond 1650 door de medicus en dichter Jacob Westerbaen en kwam later in eigendom bij de familie Pauw. Van de oorsprong van Sandfort is minder bekend, maar aannemelijk is dat het, net als Ockenburgh eerst een boerenhoeve was en later door Maarten Pauw werd uitgebouwd tot landgoed.
Op zoek naar de restanten
Twee en een halve eeuw later kunnen we met een opmerkzaam oog nog best een en ander terugvinden van deze kaart. Van Ockenburgh liggen alleen de oprijlaan en de vaart nog op precies dezelfde plek. De classistische tuinaanleg is vervangen door een Engelse landschapsstijl, waarbij alle grond minstens een keer op de schop is geweest. Het huis is meerdere malen verbouwd. Het barokke landhuis van Westerbaen is omgetoverd tot een neoclassisistisch paleisje.
Maar van de hofstede Sandfort blijkt verrassend veel terug te vinden. De naam geeft een goede voorstelling van zaken over de structuur van het terrein. Het is aangelegd als fort in het zand. Om huis en tuin te beschermen tegen stuivend zand uit de wildernisse was rondom een hoge wal opgeworpen. En die zandwal vinden we nog bijna geheel terug in het Hyacintenbos. Wel is de ingang gewijzigd. Was er in 1746 geen directe aansluiting met Ockenburgh, nu verbindt een brugje beide landgoederen. Zodra we er over zijn, loopt het pad schuin omhoog naar de restanten van de oude omwalling van Sandfort. Binnen die omwalling een bos vol eiken en dat zijn in oorsprong dezelfde bomen die 300 jaar geleden al werden geëxploiteerd als eikenhakhout. De stammen die er nu staan zijn circa honderd jaar, maar het wortelgestel in de grond dateert uit de periode van aanleg van de landgoederen. Deze eikenbomen werden elke 12 jaar voor een deel afgezet. Het kernhout diende als haardhout, de schors ging als grondstof naar de leerlooierijen. De gehakte stobbe liep opnieuw uit en zo ontstonden brede eikenstoven met meerdere stammen die allemaal bij dezelfde boom horen.
De toenmalige hakhoutplantage bleef tot 1900 in gebruik. Daarna konden de stammen uitgroeien tot de hoge bomen die het nu zijn. De eiken hebben inmiddels gezelschap gekregen van andere boomsoorten zoals berk, esdoorn, hulst, lijsterbes en taxus. Soorten die het goed doen op deze voedselarme duingrond. Van het huis zelf is niets meer terug te vinden. Maar een goed speurder vindt met gemak de open plek achter de wal in het bos waar het heeft gestaan. Daar groeien namelijk geen eiken, maar jonge esdoorns en die zijn van veel later datum. Van de oude oprijlaan van Sandfort is geen spoor meer te bekennen. Die is in de twintigste eeuw verdwenen onder de stadsontwikkeling die na afgraving van het Zwarte Duijn op deze plek plaats vond.
Bestemmingsplan van de baljuw
In 1753 waren er overigens ook al ontwikkelingsplannen voor deze lokatie naast de oprijlaan van Ockenburgh. Toen wilde de baljuw er een galgenveld met rad en staken aanleggen om uitvoering te kunnen geven aan de toenmalige straffen op overtreding van de wet. Uit de correspondentie blijkt dat Elisabeth Pauw niet erg gecharmeerd was van het idee dat de lijken naast haar oprijlaan zouden hangen. Na lang onderhandelen is het galgenveld toen verplaatst naar een plek waar nu de watertoren van Monster staat. De uitstraling van Sandfort is inmiddels heel wat lieflijker. Het landgoedje heet nu Hyacintenbos en ook dat is een naam die in het voorjaar recht doet aan de realiteit.
Pingback: My Homepage