Wilde gagel
Rolf Roos
Wilde gagel
Myrica gale L.
Gagelfamilie
Nederlandse Rode Lijst: Gevoelig
De geurende katjes van de gagel zijn meestal mannelijk óf vrouwelijk, de planten (struikjes) zijn namelijk vaak tweehuizig. Maar alle uitzonderingen zijn mogelijk, zoals gemengde katjes aan een enkele plant en verandering van geslacht van jaar tot jaar. Op de twijgen en aan de onderkant van de bladeren zitten gele harspunten, die een geur verspreiden die prettig maar tegelijk ook giftig en roesopwekkend is. Ondanks een verbod is de hars eeuwenlang gebruikt om bier mee te kruiden. Ook in gebruik als middel om stekende insecten te verdrijven of om alcoholische kruidendrankjes te aromatiseren. Medicinaal mogelijk werkzaam tegen acne en kiespijn en als abortivum toegepast.
Ecologie en leefgebied
Myrica gale is plaatselijk vrij algemeen op de zandgronden in het oosten, midden en zuiden en in enkele laagveengebieden, maar zeldzaam op de Waddeneilanden. De soort komt voor aan weerszijden van de Atlantische Oceaan: in Noord-Amerika, West-Europa en het Oostzeegebied. Zij staat op natte, zure en voedselarme, vaak venige grond in heidegebieden, langs berkenbroekbos op oude veendijken, in laagveenmoerassen en ook in de kalkarme duinen (vanaf Bergen noordwaarts, opvallend vaak in het Zwanenwater en op Terschelling). Om stikstof te binden hebben de wortels speciale actinobacteriën van het geslacht Frankia. Daardoor wordt de bodem ter plekke iets voedselrijker.
Bedreiging
In ons land is gagel sterk afgenomen, vooral door ontwatering, verdroging en verlies van leefgebied. Plaatselijk nog vrij algemeen op de hogere zandgronden. Als verdroging van natuurgebieden verder teruggedrongen wordt, is er toekomst voor de gagel. In het Arboretum te Oudenbosch, Noord-Brabant staan gagelstruiken op een zonnig talud langs de Bansloot. Bij te veel schaduw kwijnen ze weg.
Plantenportret geschreven voor expositie Beschermde Planten van Nederlandse Botanische Tuinen.
Info over 1 tentoonsteling in 24 tuinen tegelijk: link.