Duinbeeld. Frans Milatz: Bij de Brouwerskolk te Overveen (1804)
De sluis tussen de Brouwersvaart en de Brouwerskolk te Overveen
Frans Andreas Milatz (1764-1808)
l.o.: F.A. Milatz, del. et fc. 1804; m.o.: DE NIEUWE BROUWERSKOLK.; r.o.: A. Loosjes Pzn. excud.
Afbeelding in: Adriaan Loosjes Pzn., Hollands Arkadia of Wandelingen in de omstreken van Haarlem, Haarlem 1804 (Amsterdam, Universiteitsbibliotheek, cat.nr. UBM: 432 C 16,17
1804)
ets, waterverf
14,7 x 18,1 (beeld), 18,8 x 23,5 (plaat)
Kunsthistorie
Frans Milatz behoorde tot een groepje Amsterdamse en Haarlemse kunstenaars die zich omstreeks 1800 gingen toeleggen op de natuurgetrouwe weergave van het Nederlandse landschap, waarbij ze de grote meesters van de zeventiende eeuw als voorbeeld kozen. Hij verzorgde onder andere de afbeeldingen in het boek Hollands Arkadia van de schrijver en uitgever Adriaan Loosjes.
Loosjes was een cultureel en politiek zeer aktieve Haarlemmer, o.a. stichter van zowel het patriottengezelschap Democriet als de plaatselijke Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen en later lid van Teylers Genootschap. In zijn Arkadia beschreef hij – eveneens naar zeventiende-eeuws voorbeeld – de omstreken van Haarlem en hun geschiedenis in de vorm van gesprekken van een gefingeerd groepje wandelaars. Tekst en beeld waren door de makers tegelijkertijd bedoeld als een lofzang op de grootsheid van het vaderlandse verleden. Sinds 1805 werd ook een kaart bij het boek ingebonden (zie afb.).
Locatie
De Brouwerskolk is een serpentinevormig meertje van 50 x 200 meter in het dorp Overveen, ten westen van Haarlem, tegen de duinrand. Het is ontstaan in de 16de eeuw als een volgelopen zandafgraving van de familie Ramp, de ‘vijver van Ramp’. Deze afgraving was met Haarlem verbonden door een zandvaart, de ‘Rampenvaart’, die binnen de stad overging in de Raaks. Later gebruikten zowel de plaatselijke blekerijen als de Haarlemse bierbrouwerijen het schone duinwater van deze kolk. Een slepend conflict met de blekers over de door hen veroorzaakte vervuiling van de vaart werd omstreeks 1640 door de brouwers gewonnen: de blekerijen werden verplaatst en de vaart heette voortaan Brouwersvaart. Tot extra verdriet van de blekers lieten de winnaars enige jaren later om meer duinwater op te vangen de kolk vergroten tot de huidige Brouwerskolk en voorzien van een sluis, die het verse water via een sluis loosde in de vaart. Vandaar werd het in waterschepen naar de Haarlemse brouwerijen vervoerd.
De vaart vormde daarnaast ook een verbindingsweg van en naar de buitenplaatsen in deze omgeving, waarvan Elswout de bekendste was en is. De Brouwerskolk bood de bewoners en hun gasten bovendien een aangename plek voor picknicks en wandelingen in de buitenlucht.
De Brouwerskolk werd ook wel Nieuwe Brouwerskolk genoemd, ter onderscheiding van de kleinere en oudere Brouwerskolk die lag aan de vroegere Houtvaart (van Haarlem naar Aerdenhout) op de plaats van het tegenwoordige openluchtbad van die naam aan de Haarlemse Piet Heinstraat.

Gerrit van der Paauw Azn., Kaart van het gebied tussen Haarlem, Beverwijk en Hillegom, 1805, schaal 1:22.500, gravure, handgekleurd, 30 x 55 cm.; bijgebonden in Loosjes, Hollands Arkadia, ex. UBA, cat.nr. UBM: 311 C 6.
Op de ets van Milatz is de eigenlijke Brouwerskolk niet te zien. We kijken vanuit de Brouwersvaart in westelijke richting naar de sluis waardoor het water van de kolk de vaart instroomt. De sluis is omgeven door een houten heining die het grazende vee moet tegenhouden. Daarbuiten zien we een keurig wandelpaar, een herder met koeien en verder weg, op het duin, een herder met schapen. Dankzij de kleurige waterverf is duidelijk de overgang te zien van het vochtige en vruchtbare laagland met afwisselend geboomte naar de hoge, droge en kale duinen daarachter.
De Brouwerskolk zelf is het onderwerp van een landschapets naar een tekening van Milatz’ collega en tijdgenoot Wybrand Hendriks, directeur van de Haarlemse tekenacademie en daarna ‘opzichter’ van de kunstverzamelingen van Teylers Stichting. Hendriks toont de kolk en het oude geboomte daaromheen vooral al recreatiepark voor bemiddelde stedelingen.

Izaak Jansz de Wit (1744-1809) naar Wybrand Hendriks (1744-1831), De Brouwerskolk te Overveen, 1800, ets in roodbruin, 210 x 231 mm (plaat) l.o.: W. Hendriks.ad.viv.del., m.o.: GEZICHT VAN DE BROUWERS-KOLK TE OVERVEEN; r.o.: I. de Wit. Jz. sculp.1800. Amsterdam, Rijksmuseum, inv.nr. RP-P-1905-906
Natuur en landschap
Op basis van de kaart van Gerrit van der Paauw uit 1804 en de tekeningen van Milatz en de Wit zijn duidelijk de diverse landschapselementen te zien: een deels beplante en (aan de oostzijde) beboste kolk met aan de westzijde het er achter gelegen, open, hoog opgaande en deels kale duin. Op de plaat van Milatz lijkt een kleine windsingel (mogelijk elzen) links te staan, niet ongebruikelijk tegen de harde wind en het stuivende zand van de deels kale duinen. De hoogte van de bomen in een zo open duinlandschap lijkt onwaarschijnlijk en is eerder artistieke vrijheid dan realiteit. De roodbruine tinten op de hoge boom centraal vooraan doen denken aan een stam van de grove den, maar kunnen evengoed een mooie lichtval van de lage zon zijn en dan hebben we met een els of es van doen.
J-W. van Velzen schrijft ons: Veel logischer is het om de boom vooraan op de tekening als zwarte els te identificeren en de bomen met de lichtere stammen en het lichtere loof ter rechterzijde daarvan op de achtergrond als essen. Het is immers bekend dat er in de natte delen van Elswout en omgeving (het Volmeergebied) veel Elzen, Essen en Iepen stonden. Dit blijkt o.a. uit houtverkopen welke gepubliceerd werden in het HD van die tijd (zie o.a. Albers 2013 p32/33 en 42).
Het detail van de koeienman met drie koeien bij van der Paauw toont hoe de duinen en duinvoet destijds werden beweid. De helderheid van het uittredende duinwater werd hierdoor niet bedreigd, maar de funeste invloed van beweiding nabij een bron werd adequaat verhinderd door het afgebeelde hekwerk.
De hieronder opgenomen topografische kaarten uit resp. 1905 en 2015 laten de grote landschappelijke ontwikkelingen rond de kolk in 200 jaar zien. Wat eerst de duinvoet was verschuift door ontginning en bebossing westwaarts. De Brouwerkolk wordt Brouwerskolkpark.

Topografische kaart ca 1905

Topografische kaart ca 2015
Literatuur:
Pier Hoekstra, Bloemendaal. Proeve ener streekgeschiedenis, diss. Amsterdam, Wormerveer 1947, i.h.b. pp. 85, 132-135, 227-228